Tijdperk 1985-1989
1985
De Sovjet Unie lanceerden twee bemande Soyuz-T raketten het ruimtestation Salyut 7 om het ruimtestation te redden en lanceerden ook een nieuw type raket.
De Japanners lanceren twee komeetsatellieten en de ESA een sonde naar de komeet Halley.
De Verenigde Staten lanceerden negen bemande Space Shuttles waaronder de nieuwe Atlantis. De eerste Nederlander Wubbo Ockels is één van de astronauten die de ruimte ingaan.
1986
De Sovjet Unie lanceerde het ruimtestation MIR Core en achtereenvolgens een bemande Soyuz-T hiernaar toe en lanceerde de opvolger van de bemande capsule, een nieuwe Soyuz-TM.
Voor de Verenigde Staten was het een dramatisch jaar. Na een geslaagde lancering van de Space Shuttle Columbia explodeerde de Challenger veertiendagen later net na de lancering.
De Europese ruimteorganisatie lanceerde een nieuw type raket net als Japan.
1987
De Sovjet Unie lanceerde drie bemande Soyuz-TM raketten naar het ruimtestation MIR.
India lanceerde een nieuw type raket net als de Sovjet Unie.
Het ruimtestation MIR wordt voorzien van een nieuw ruimtemodule.
Japan lanceerde dit jaar als enig land een satelliet die een missie had voor het onderzoeken van het heelal.
1988
Drie bemande Soyuz-TM lanceringen en twee bemande lanceringen van de Space Shuttle.
De Sovjet Unie lanceerde de tegenhanger van de Amerikaanse Space Shuttle de “Buran”.
Twee missies naar de rode planeet en zijn maan Phobos.
De Europese ruimtevaart organisatie ESA lanceerde de eerste Ariane 4 raket, China en Israël lanceerde ook een nieuw type raket.
1989
De Verenigde Staten lanceerden vijf bemande Space Shuttles en de Sovjet Unie en bemande Soyuz-TM.
De Space Shuttle werden voornamelijk ingezet voor het lanceren van satelliet en het uitvoeren van experimenten in het vrachtruim.
De Verenigde Staten lanceerden een nieuwe Delta II en Titan IV raket terwijl de Sovjet Unie een nieuwe MIR module lanceerde.
Zowel de NASA, de ESA als Roscomos lanceerden missie om het heelal te onderzoeken, waaronder de planeten Venus en Jupiter.